De federale overheid zal vanaf 1 januari 2008 geen toezicht meer uitoefenen op de aanvullende reglementen die door de gemeenten worden uitgevaardigd. Het voorontwerp van decreet reikt een decretaal kader aan voor de aanvullende reglementeringen. Het voorgestelde kader is een verdere stap in de uitwerking en realisatie van een volwaardig Vlaams mobiliteitsbeleid. Dit mag echter niet los gezien worden van het globale mobiliteitsbeleid en wordt daarom best ingebed in een geïntegreerde aanpak. De integratie in het Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen en de koppeling aan de geplande gegevensbank zijn hiervoor goede aanzetten. Deze gegevensdatabank moet naast de gemeenten en het Vlaams Gewest ook toegang kunnen verlenen aan andere gebruikers, inclusief de private sector. Aan de gemeenten worden ruime bevoegdheden toegekend. Niet elke gemeente beschikt echter over voldoende kennis en ervaring inzake inrichting van verkeerssignalisatie. De Vlaamse regering moet daarom instaan voor de nodige begeleiding en ondersteuning. Daarenboven moet de uniformiteit en de intergemeentelijke afstemming van aanvullende reglementen door de toezichthoudende overheid en in samenspraak met de betrokken gemeenten zo accuraat mogelijk worden bewaakt. Een bijzonder aandachtspunt hierbij is het uitzonderlijk vervoer. Aanvullende reglementen moeten hiermee voldoende rekening houden.
