Advies Vlaams jeugd- en kinderrechtenbeleidsplan 2015-2019

De MORA focust in zijn advies op de vierde strategische doelstelling met betrekking tot mobiliteit van het Vlaams jeugd- en kinderrechtenbeleidsplan 2015-2019. De MORA vindt het positief dat de strategische mobiliteitsdoelstelling inzet op de verduurzaming en verzelfstandiging van de modale verdeling van kinderen en jongeren, een duurzame mobiliteitscultuur bij de doelgroep wil creëren en inzet op verkeersveiligheid en verkeersleefbaarheid.

De strategische doelstelling haalt volgens de MORA de juiste beleidsaccenten aan voor de beoogde doelgroep en kan zo een bijdrage leveren aan de, in het ontwerp Mobiliteitsplan Vlaanderen geschetste, langetermijnvisie op een duurzamere en veiligere personenmobiliteit tegen 2030 en 2050. De MORA stelt vast dat de geplande projecten en processen grotendeels beantwoorden aan de geformuleerde mobiliteitsdoelstellingen en zich, gezien de leefwereld van de beoogde doelgroep, terecht vooral richten op lokale overheden en scholen als betrokken actoren.

Een aantal van de geplande projecten en processen worden echter voorwaardelijk geformuleerd waardoor het niet duidelijk is hoe en op welke termijn deze zullen worden gerealiseerd. De MORA stelt voor om deze verder te concretiseren. Door de sectorale aanpak van het Vlaams jeugd- en kinderrechtenbeleidsplan 2015-2019 dreigt versnippering. De beoogde mobiliteitsdoelstellingen inzake autonomie, duurzaamheid en veiligheid worden immers mee ingevuld door acties in de beleidsdomeinen ruimte, wonen, welzijn, milieu en gezondheid. De MORA adviseert dan ook om de strategische doelstellingen meer op elkaar af te stemmen om zo tot een geïntegreerde visie en beleid te komen.

De MORA gaat in zijn advies ook verder in op de drie operationele doelstellingen.